Een goed uitgangspunt is het dragen van waterdichte kleding. Wanneer je het water op gaat, dan dien je volgens de wet een reddingsvest of ander drijfhulpmiddel te dragen en voor de veiligheid (in het bijzonder wanneer er met de vlieg gevist wordt) een pet en een zonnebril. Denk er verder aan een landingsnet mee te nemen en, wanneer je vis mee wil nemen, een priest. Het meenemen van een enkele vis voor de tafel is geen probleem, maar vis verder volgens het ‘catch & release’ principe, zodat we ook in de toekomst kunnen genieten van een gezond visbestand.
Voor het vissen met kunstaas op forel is een lichte spinhengel in een lengte van 2,40 tot 3,00 meter en voorzien van een werpmolen waarvan de spoel gevuld is met nylon met een trekkracht van acht tot tien pond, doorgaans ruim voldoende. Voor het vliegvissen vanuit een boot op de loughs is een 3,00 tot 3,30 meter lange vliegenhengel voor een lijnklasse #6 – 7 universeel te noemen. Op de rivieren is een 2,40 tot 2,75 meter lange vliegenhengel voor de lijnklasse #5 – 6 voldoende.
Je dient te bedenken dat je als forelvisser soms ook zeeforel, zalm of snoek kunt haken. Deze vissoorten pakken even goed een vlieg, kunstaas of natuurlijk aas dat bedoeld is voor de forel. Voor wateren waar je deze vissoorten tegen het lijf kunt lopen, zul je wellicht zwaarder materiaal moeten kiezen.
In de meeste plaatsen vind je wel hengelsportzaken waar je leaders en kunstvliegen aan kunt schaffen en waar je advies in kunt winnen. De Ierse patronen van kunstvliegen voor de forel zijn wijd en zijd bekend, veel bezoekende sportvissers willen ze ook graag inzetten in de traditionele setting waarin ze ontwikkeld zijn. Hengelsportzaken kunnen een uitstekende bron van informatie zijn, speciaal waar het gaat om wateren in de regio en doorgaans kun je hier ook de noodzakelijke dagvergunningen aanschaffen.